5 december 2021, 2e zondag vd advent
Overweging zondag 5 december 2021
Vol verwachting klopt ons hart, want de adventskrans verspreidt steeds meer licht. De adventskrans vertelt ons: Hij komt, Hij komt, Emmanuel, God met ons.
En als Hij is gekomen, wat dan?
Dat vertelt Johannes de Doper ons: “Bereid de weg van de Heer, maakt zijn paden recht., elk dal moet gevuld en elke heuvel geslecht worden. Bekeer je, keer je om naar God, laat het kwaad, en doe wat goed is; dat zul je Gods redding ervaren”.
Het evangelie van vandaag, waarin over Johannes de Doper wordt verteld, opent met een tijdsaanduiding. De belangrijkste leiders van die tijd worden genoemd
Onze tijd zou kunnen worden geduid door de namen te noemen van de politieke leiders, die bij de Milieuconferentie in Glasgow over de rode loper voorbij kwamen.
In het evangelie kwam Johannes de Doper uit de stilte van de woestijn naar voren. Hij begon het volk dat zich bij de rivier de Jordaan verzameld had, toe te spreken; om duidelijk te maken dat er een nieuwe tijd is aangebroken. In onze tijd zou je kunnen zeggen dat activisten, zoals Gretha Thunberg, naar voren treden om ons erop te wijzen dat het roer om moet.
Het verschil is er tegenwoordig microfoons en TV-zenders beschikbaar zijn om je boodschap wereldkundig te maken, terwijl Johannes de Doper het moest doen met zijn stem. Daarom trok hij ook langs de Jordaan, op de plaatsen waar mensen zich aan het water verzamelden.
Hij hield hen een boodschap voor. “Bereid de weg van de Heer.”
Vandaag is het de 2e zondag van de advent. Wij zijn op weg naar het Kerstfeest, het feest van Christus geboorte. Zowel in de eerste lezing, als met de woorden van Johannes de Doper worden we er op gewezen, dat we de weg moeten bereiden, ons voor moeten bereiden op de komst van het Kerstkind.
De eerste lezing komt uit het boek Baruch. Baruch was de secretaris van de profeet Jeremia, aan Baruch werden later verschillende geschriften toegewezen.
De 1e lezing van vandaag is het slot van een “troostlied tot Jeruzalem”
Een oproep om met vreugde uit te kijken naar wat komen gaat.
Een oproep aan Jeruzalem om de door de vijand verdreven mensen, weer welkom te heten, uit te kijken naar hun komst.
Een oproep om de weg te bereiden, om “alle hoge bergen en eeuwige heuvels te slechten en de dalen op te vullen”.
Het is ook een opdracht aan onszelf.
Een feest vraagt de nodige voorbereiding. Zo vraagt ook de komst van de Heer om voorbereiding
Het evangelie geeft ons een handreiking voor die voorbereiding: boetvaardigheid, bidden om vergeving voor alles wat ons van God afbrengt, iedere situatie en elk gedrag waar wijzelf het middelpunt zijn van ons leven en niet Hij.
Vaak wemelt ons levenspad, onze gedachten, onze woorden, onze daden van de kronkels. Kronkelige paden die misschien wel spannend zijn, maar veel meer energie kosten dan de rechte weg. Kronkelige paden die ons niet recht naar God toe leiden.
Ook aan ons is het om de weg te bereiden, om bergen te slechten en dalen te vullen.
En dat valt bepaald niet mee. Niet in ons persoonlijke leven, maar zeker ook niet door alle invloeden die ons van buitenaf bereiken.
Ons persoonlijke leven, daar kunnen we wat aan doen, al zijn er beslist ook omstandigheden die maken, dat we er als een berg tegen op zien of er geen gat meer in zien. Gaan we, zonder er over na te denken, om de berg heen of gaan we er met Gods hulp iets aan doen?
Invloeden van buitenaf zijn er legio.
Zoals de zorg om onze aarde, het milieu en de stijging van het zeewater. Het vraagt stevig de aandacht. De conferentie in Glasgow heeft wel iets in beweging gezet, maar het is nog lang niet genoeg.
Toch is de discussie over de aarde op gang gekomen door actiegroepen, door mensen als Gretha Grunberg. Deze milieuactivisten zullen zich gevoeld hebben als een roepende in de woestijn.
Op alle fronten vragen deze activisten om de weg te bereiden naar een betere wereld. Ook paus Franciscus heeft zijn zorg over het milieu uitgesproken.
Johannes de Doper moedigde 2000 jaar geleden de mensen al aan: de heuvels moeten geslecht worden, de dalen gevuld; de kronkelwegen moeten rechten ruwe wegen vlak gemaakt worden voor de Heer.
De Advent is bedoeld om het straks niet mis te lopen, om te voorkomen dat we God mislopen of dat we Hem niet herkennen als Hij bij ons is.
We luisteren naar Johannes de Doper, om te weten en te ervaren dat aan de komst van Christus geen einde komt; dat Hij nog steeds in het leven van iedere mens wil binnenkomen die zijn hart voor Hem opent.
Heel de mensheid, ook wij, ook nu.
Bid daar maar om, vraag het maar, nodig Hem uit.
Bekeren we ons hart oprecht tot Hem en vragen we Hem om zijn nabijheid om deze adventstijd vruchtbaar te maken voor onszelf, dat we God niet op de stoep laten staan met zijn heil.
In de 2e lezing verhaalt Paulus over de gemeente van Filippi. Hij toont zijn dankbaarheid en blijdschap om hun geloof en moedigt hen aan om dit geloof steeds rijkere vruchten te laten dragen en tot voltooiing komt.
Moge de heilige Nicolaas, die steeds bezorgd was om het heil van mensen en die ook nu nog een toonbeeld is van Gods goedheid voor de mens, moge hij voor ons bidden en ons leiden op de weg naar de Heer, naar het Kerstkind dat komen gaat.
Johan Jongma
Werkgroep liturgie