19 september 2021, Kwetsbaar als een kind

25 B Kwetsbaar als een kind, 19 sept. 2021 (Vredeszondag: Inclusief samenleven)

Wijsheid 2, 12.17-20; Jacobus 3, 16 – 4, 3; Marcus 9, 30-37

We horen uit het boek Wijsheid over de rechtvaardige, de vrome mens die goed leeft, volgens de richtlijnen van de Thora. Hij is een bron van ergernis voor anderen; voor hen die ongebonden willen leven, die zich door niemand de wet willen laten voorschrijven. Door zijn goedheid brengt de rechtvaardige kwaad en lauwheid aan het licht; zonder woorden klaagt hij aan, door daden van barmhartigheid. Het goed doen van de ander, maakt beschaamd en creëert schuldgevoel. Zo verging het ook Jezus: zijn verkondiging dat Gods liefde uitgaat naar alle mensen, is een bron van ergernis voor de joodse leiders. En zo gaat het vandaag nog steeds: het aan de kaak stellen van onrechtvaardige praktijken irriteert de machthebbers, Denk maar even aan de toeslagenaffaire. Zij willen zich niet de les laten lezen door burgers die een beroep doen op menselijke waarden.

Terwijl Jezus spreekt over liefde en laat zien hoe liefdevol gedrag helend en genezend kan werken, zijn de leerlingen bezig met zichzelf, met hun eigen ik. Zij twisten over de vraag: wie is de belangrijkste in onze kring? Zij komen aan de liefde niet meer toe. Het is het eigenbelang dat alle vormen van liefde doodt. Jaloezie bedreigt de onderlinge vrede.

Op de achtergrond speelt de vraag hoe de leerlingen zich de Messias voorstellen. Zoals velen van hun tijdgenoten, verwachten de leerlingen een machtige leider, een nieuwe David, die zijn volk zal bevrijden van de  bezetter van hun land, de Romeinen. Naast zo’n Messias wil ieder van hen wel een belangrijke plaats innemen. Maar Jezus ziet zijn eigen rol heel anders. Meer in de lijn van de rechtvaardige dienaar uit het boek wijsheid en uit de teksten van de profeet Jesaja. Hij kondigt zelfs de naderende dood van de Mensenzoon aan. Maar de leerlingen begrijpen hier in deze fase nog niets van. Tegenover het zoeken naar eigen eer, plaatst Jezus het wegschenken van je leven ten gunste van de ander.

De dood van de liefde door na-ijver en eerzucht brengt Jezus tot een symbolische daad. Hij neemt een kind bij de hand, plaatst het in het midden van de kring en omarmt het. Hij richt de ogen van de leerlingen die elkaar boos aankijken vanwege hun onderlinge ruzie, naar het centrum, naar het kind.

Een kind is teken van toekomst: het moet nog groeien naar volwassenheid. Deze zorg wordt ons toevertrouwd. Ieder kind dat geboren wordt, is een teken dat God het nog steeds niet opgeeft met zijn schepping. Onze eerste zorg zal de toekomst moeten zijn, waarin dit kind ten volle kan groeien en leven. Een schoon milieu, een wereld van vrede, een samenleving die bescherming biedt, een maatschappij waarin mensen dienstbaar zijn aan elkaars geluk, een economie die eerlijk deelt en waarin ieder mee mag doen.

In Jezus’ tijd werden kinderen niet geteld. Zij waren niet volgroeide mensen die dus nog niet mee telden. Pas als je dertien was en in de synagoge mocht voorlezen, telde je mee. Het kind wordt zodoende ook het beeld van de mensen die vanwege hun onvolmaaktheid en hun behoeftigheid aan de rand van de samenleving staan. Het kind, beeld van de kwetsbare mens. Dus ook de zieken, de hoogbejaarden, de vereenzaamden, de slachtoffers van oorlog en terreur, de vluchtelingen kunnen kind genoemd worden. Dit kind zet Jezus te midden van de leerlingen, als beeld van een inclusieve samenleving (Buitendijk).

Jezus zegt met dit gebaar: Streef niet naar macht en aanzien. In jullie gemeenschap moet wie kwetsbaar is centraal staan. Kwetsbaar als een kind. Wie een kwetsbaar kind opneemt, neemt mij op die als een kwetsbaar mens zijn leven zal geven.

Op deze vredeszondag staat het thema “Inclusief samenleven” centraal. Wie luistert naar zijn hart zal beamen dat in onze samenleving het zo zou moeten zijn: zorg dragen voor de kwetsbaren. Maar we weten ook dat het er in de praktijk dikwijls anders aan toe gaat.

Als iemand het voor kwetsbare mensen opneemt en zich daardoor kwetsbaar maakt, dan roept hij ergernis en wantrouwen op. Zo’n persoon wordt verdacht gemaakt en als niet geschikt voor deze samenleving beoordeeld. Dat was ook het geval met Jezus. Omdat Hij en zijn boodschap niet welkom waren, is Hij aan het kruis gestorven. Jezus die zegt: wie mij wil volgen zal zijn kruis moeten dragen. Mogen wij die boodschap verstaan en in ons leven gestalte geven. Amen.

PLK