3 april 2021, Paaswake

Paaswake 3 april 2021 in TB

Genesis 1, 1.26-31; Exodus 14, 15 – 15,1; Marcus, 16, 1-7

Pasen, het feest van de opstanding en een nieuw begin. Dit jaar voor veel mensen een moeilijk feest, omdat we er nog zo weinig van zien. Het corona-virus houdt ons nog steeds in de tang. Het wordt moeilijker om het vol te houden. Dan kan de vraag ons overvallen: is dit nu alles? Is dit nu wat het leven mij te bieden heeft? Nog moeilijker wordt het als je ernstig ziek wordt, of als je plotseling  andere grote klappen te verwerken krijgt, zoals verlies van werk of geliefden. Op wie of wat kan je dan nog vertrouwen?

Nee, de jubelzang en het alleluja van de paasnacht is voor velen geen dagelijkse werkelijkheid. Het leven kan lange tijd zwaar en eenzaam zijn of door plotselinge gebeurtenissen zijn zin verliezen. Dat was vermoedelijk ook het geval bij Maria Magdalena, Maria de moeder van Jacobus en Salome. Hun geliefde vriend Jezus, die hen binnenvoerde in een zinvol leven, is op afschuwelijke wijze van zijn leven beroofd. Ze zijn er kapot van.

En nu lopen ze daar. Het is nog donker, vroeg in de morgen. Wat kunnen ze doen? Ze kunnen slechts naar zijn graf toegaan om Hem te zalven, de laatste eer die je een geliefde dode kan bewijzen. In gedachten gaat de film van Jezus’ leven aan hen voorbij. Hoe Hij altijd leefde voor anderen. Hoe Hij een bron van liefde was voor velen. Hoe Hij hen deed opstaan en nieuwe hoop gaf. En zij vragen zich af: hoe is het in godsnaam mogelijk dat zo’n mens vermoord wordt?

Bij het graf aangekomen zien ze dat de steen is weggerold. Het woord zien speelt een belangrijke rol in het paasverhaal. Voor velen valt er niet zoveel te zien met Pasen. Pas als we durven zien met de ogen van het hart, met de ogen van de liefde, krijgen we toegang tot het geheim van Pasen, de opstanding uit de dood.

Wat zagen de vrouwen? Wat zagen zij van Jezus, toen zij Hem volgden op zijn kruisweg? Zij moeten wel gezien hebben hoe Jezus, ondanks alles, het diepe vertrouwen in zijn Vader bleef behouden. Zij moeten gevoeld hebben hoe het geloof in zijn missie en zijn liefde voor de mensen uiteindelijk sterker was dan zijn angst voor de dood. En in hun hart moet de overtuiging gegroeid zijn dat de Vader zoveel liefde niet onbeantwoord kon laten. Dat God deze mens wel moest opwekken uit de dood.

De steen is weggerold. Er is sprake van een engel. Je hebt soms een engel nodig in je leven, die de steen van het gevangen zitten verwijdert, een persoon die licht brengt, en woorden van vertrouwen spreekt: wees niet bevreesd. De vrouwen worden als eersten ingewijd in dat geheim van dood en opstanding. En ze worden de eerste getuigen van dat geloof. Niet hier in het graf moeten ze Jezus zoeken, maar in Galilea zullen ze Hem ontmoeten. En van daaruit zijn weg vervolgen.

Pasen, het feest van de liefde, van het geloof in opstanding. We vieren dat we, ook in de donkerste dagen, mogen blijven vertrouwen op een “uitweg”, een exodus vanuit het slavenland. We mogen opnieuw horen dat we ten diepste in God geborgen zijn, wat er ook gebeurt. Jezus’ hele leven was één grote serie van opstandingverhalen. Lammen deed Hij lopen, blinden zien, doven horen. Mensen die waren buitengesloten haalde Hij terug in de gemeenschap. Op het grote feest van Pasen worden wij opgeroepen Hem hierin na te volgen. Wij worden uitgenodigd de droom van Jezus levend te houden en zelf een bron van leven en liefde voor anderen te worden.

Ja, de moeilijkheden en het lijden in het leven maken het verrijzenisgeloof ook voor ons alles behalve vanzelfsprekend. Mensen kunnen soms lange tijd diep in de put zitten, geen enkel uitzicht meer hebben of uiterst sceptisch in het leven staan. Maar toch zijn er soms momenten dat de liefde van God of van een medemens sterker is dan de dood. Liefde die door alles heen breekt, alle cynisme overwint en ons verwarmt. Geloven in de verrijzenis is geloven dat de Heer te midden van ons aanwezig is. Waar is Hij dan? Overal waar mensen, in de Geest van Jezus, leven wekken en de dood tegenspreken. En Hij is overal waar wij in onze medemens de levende Christus ontdekken. De Verrezene leeft als wij Hem volgen op zijn weg. Augustinus zei ooit: “Als ik mijn broeder niet bemin, is Christus niet verrezen”. Als we vandaag met Jezus herrijzen, zullen mensen Hem in ons kunnen ontmoeten.

Pasen: het feest van licht en bevrijding. Aan ons de vraag: durf je te geloven dat het weer licht wordt, dat de liefde zal overwinnen, dat bevrijding uit allerlei vormen van slavernij mogelijk is? En dan die andere vraag: durf je te leven vanuit genade, met open handen, in dankbaarheid, zonder eisen of verwachtingen, vanuit overgave? Durf je je toe te vertrouwen aan het mysterie van het leven? En als het echt moeilijk wordt: durf je dan los te laten, in het vertrouwen dat je wordt opgevangen? Want daarover gaat Pasen.

Het is niet altijd gemakkelijk om echt te zien. Het gebeurt soms maar even. Toch is dit waar het over gaat: Jezus’ wederopstanding in ons leven. In beweging komen om zijn droom levend te houden. Hij leeft in ons en onder ons, als de levende Heer die nog altijd bevrijdt en ons oproept anderen te bevrijden. En natuurlijk wil “de wereld” dit tegendraadse geluid liever niet horen. Want wie zit er nu te wachten op de oproep om je kruis op te nemen en je leven te geven om het echte leven mogelijk te maken. Een kerk die dat blijft uitdragen heeft niet alleen toekomst, maar zal nog hard nodig zijn, ook in onze tijd.

Dit is de drievoudige paasboodschap: 1) Erken je pijn en gebrokenheid, want die is reëel. 2) Blijf er niet bij staan, maar vertrouw op de uitweg van Pasen: ondanks alles houdt God van ons en wekt ons telkens opnieuw tot leven. 3) Ga op weg en leef voor de ander, in de voetsporen van Jezus. En weet dat je leven geborgen is in Gods hand, nu en tot over de grens van de dood heen.

Ik wens u een zalig Pasen. De Heer is waarlijk opgestaan. Alleluja.

PLK