3 januari 2021, Openbaring van de Heer

Openbaring des Heren, 3.1.21 in TB

Jes. 60, 1-6; Ef. 3, 2-3a.5-6; Mt. 2, 1-12

God laat zich zien aan eenieder die met een oprecht hart en een open blik op zoek gaat. Dat is de boodschap van het feest van de Openbaring des Heren, dat we vandaag vieren. Het is een boodschap die veel westerse mensen vandaag de dag moeilijk kunnen onderschrijven. God past steeds minder in ons rationele hoofd. De ervaring van het goddelijke in ons leven vraagt wel dat we ons onbevooroordeeld laten leiden door bijzondere gebeurtenissen, verbeeld door een geheimzinnige ster. Wijze, zoekende mensen, zoals de drie magiërs uit het oosten.  Iets maakt het onrustig in hun leven. Ze vermoeden iets, een nieuwe koning misschien? Een onverwacht licht dat hun leven nieuwe betekenis en warmte geeft?

Tegenover deze wijze, zoekende mensen staan degenen die het allemaal al weten en de machthebbers die geen behoefte hebben aan nieuwe inzichten of veranderingen. Aan de ene kant schriftgeleerden en hogepriesters, overtuigd van hun ware geloof. Ze hebben God in hun zak. Aan de andere kant koning Herodes, altijd beducht voor mogelijke vijanden die zijn positie kunnen bedreigen. Want wat zeggen die oosterse magiërs te zoeken? Een nieuwe, pasgeboren koning der Joden? Herodes schrikt ervan en roept zijn eigen geleerden bijeen om uit te zoeken waar de Messias geboren zou worden. Opdat hij zijn maatregelen kan nemen.

Drie wijze mensen, op zoek naar iets bijzonders in het leven. In de kerststal van Franciscus van Assisi hebben ze namen gekregen: Caspar, Melchior, Balthasar. Ze laten zich leiden door een ster. Gaan op pelgrimstocht. Met geschenken bij zich: goud, wierook en mirre, zoals al aangeduid door de profeet Jesaja in de eerste lezing. Want ze vermoeden een ontmoeting met een bijzondere koning mee te gaan maken. Goud staat voor welvaart en welzijn. Wierook verwijst naar eerbiediging van iedere mens. Mirre is als zalf op de wonden van de samenleving. De wijzen hadden een diep verlangen naar een andere wereld: welvaart, eerbied en vrede voor iedere mens (Buitendijk).

Herkennen wij in ons leven iets van deze zoekers? Hebben wij ook nog wel eens van die vage maar veelbelovende dromen? En durven we dan op weg te gaan, ook al is de bestemming onbekend? De bijbel staat vol van zulke verhalen. Denk aan Abraham die zijn geboortegrond verliet om op weg te gaan naar een nieuw onbekend land. Of denk aan Mozes die zijn mensen wegleidde uit het angstland Egypte. Via een lange en soms barre tocht door de woestijn naar een droomland, waar het beter leven zou zijn. Of denk aan Maria, die ‘ja’ zei op de vraag van de engel of zij mee wilde gaan in een onduidelijk maar goddelijk plan met haar leven.

Durven wij dat ook? Telkens opnieuw op zoek te gaan naar wat wij ten diepste verlangen, ook al zijn we al wat ouder? Of hebben we meer van die zelfvoldane schriftgeleerden die intussen wel weten wat het leven te bieden heeft? Herkennen we iets van Herodes in onszelf die graag alles bij het oude wil houden en bevreesd is voor verandering? Dan zijn we eigenlijk al geestelijk dood. Zoekende mensen zijn levende mensen. Niet het weten helpt ons verder, maar het zoekend op weg gaan.

Naar wat voor God zijn wij op zoek? Hoe stellen we ons het bestaan van God eigenlijk voor, vroeg de mysticus Meister Eckhart zich af. Een God die op dezelfde manier zou bestaan als een ding, zou geen God zijn. Het is daarom beter niet te spreken over ‘Gods bestaan’, maar over de manier waarop God in ons leven komt en hoe wij hem kunnen ervaren, als een uitdaging, een uitnodiging, een mogelijkheid.

Om dat te zien hebben we de ogen van de liefde nodig. Met een geloof zonder liefde zullen we God niet bereiken. Het geloof puur als een overtuiging van het bestaan van God is niet genoeg. Een hart dat dorstig naar God verlangt, komt dichter bij God dan slechts een rationele acceptatie van een omlijnd geloof (Tomas Halik). God gebeurt daar waar we mensen liefhebben, onze naasten.

De drie wijzen keren via een andere weg, dat wil zeggen als andere mensen terug naar hun land, horen we. Wanneer wij open staan voor het licht van de Heer zullen wij het duistere in deze wereld terugdringen.

Vragen we vandaag dat Gods Geest ons open en wakker mag houden voor nieuwe dromen, opdat het kerstkind ook in ons opnieuw geboren kan worden.

Voor het komende jaar wens ik u allen voldoende stille tijd om op te kijken naar de sterren, te vertrouwen op wat komen zal, en u te verwonderen over wat is. Dan zal ook het nieuwe jaar bijzondere ervaringen meebrengen. Een zalig Nieuwjaar.

PLK