20 september 2020, Arbeiders in de wijngaard
Overweging zondag 20 september 2020
Deze week had ik een nichtje van mij op bezoek ivm het voorbereiden van een familiereünie was zij op zoek ook naar oude foto’s. Mijn nichtje komt uit een groot gezin, mijn oom en tante hebben 9 kinderen. Mijn nichtje vertelde mij dat zij het altijd fijn gevonden heeft als kind om met veel broers en een zus samen te leven. Eerlijk gezegd wat ik als enig kind wel eens jaloers op dit grote gezin. Daarom was ik met mijn ouders vaak bij hun op bezoek, zij woonden met elkaar op een grote boerderij. En daar is natuurlijk altijd wel wat te beleven. Heerlijk vond ik het daar.
Maar vertelde mijn nichtje als er taart was dan vond ik het wel jammer dat we met zovelen waren, want ik kreeg maar een klein stukje, er moest immers gedeeld worden. Ik wilde wel een groter stuk.
Zou het kunnen dat veel mensen hun relatie met God ook in deze zin beleven, dat ze menen dat God zijn liefde verdeelt over alle mensen? Dat delen op zich is niet echt een probleem, maar stiekem wil iedereen wel een groter stuk. Wie van ons doen niet extra hun best om dat groter stuk te verdienen? Het is duidelijk dat zo een mentaliteit groeit binnen een wereldbeeld waar mensen in elkaars weg lopen en waar God overgehaald wordt om recht te doen. Dat recht krijg je dan door ‘in orde te zijn’ of ‘extra goed je best te doen’.
Zo is God. Hij er helemaal voor elk unieke mens. Zo komt Hij ons tegemoet, tot in het elfde uur toe. Hij verdeelt zijn liefde niet in oneindig veel fragmentjes. Nee, ze is telkens vol en totaal. Ieder mens heeft ‘recht op het volle pond’. Ieder mens is uniek voor God. Hij respecteert het groeiritme van iedereen. Er zijn er die het begrijpen zo gauw ze bewuster gaan leven. Er zijn er die wat achterop lopen of die om een bepaalde reden nooit geprikkeld zijn geweest door een dergelijke God.
In het evangelie van vandaag en in de vergelijking van Jezus over de landeigenaar en de dagloners democratiseert Jezus de toegang tot God. Die is er niet alleen voor de ‘goeden’, voor wie zich inspannen en van de vroege morgen van hun leven met hem proberen te leven. God is er voor iedereen. Het komt erop aan zich te laten aanspreken door die God. Wanneer je dat gaat doen, maakt niet meteen uit. De verlossing die Jezus hier brengt bestaat erin te ontdekken dat God er is, voor elk van ons. Te ontdekken dat zijn liefde totaal is en alomvattend. Dat elke mens zich geborgen kan weten in die goddelijke aandacht. Dat dit een mensenleven tot in de wortels ervan verandert: ik hoef niet meer alleen te wroeten en te vechten: Hij is altijd bij me.
Een denarie dat is het loon voor iedereen.
Wat is de winst van zo een vrijgemaakt leven? In de parabel lezen we hoe iedereen een denarie ontvangt, ( het dagloon in die tijd en net genoeg om brood te kopen voor een gezin om 1 dag te leven). Misschien een merkwaardige vraag: wat kan die denarie voor ons betekenen? Wat is het dagloon dat we zo ontvangen? We kunnen hier een verbinding maken met “geef ons heden ons dagelijks brood’. Wat concreet betekent: geef ons wat we voor vandaag nodig hebben om te leven. Wat hebben wij nodig om weer een dag verder te kunnen? Ieder vult dit voor zichzelf in. Maar ongetwijfeld zal hier iets materieels en iets immaterieels in zitten. Genoeg om behoorlijk te kunnen leven dus. En meer dan genoeg om zinvol te leven, in het omvormende besef dat ik ertoe doe, dat ik bemind word, dat Jezus liefde het regenboogverbond bezegelt.
Wie ontdekt heeft dat hij of zij in Gods wijngaard mag werken en dat dit meer dan voldoende rendement oplevert om weer een dag door te komen, die kan binnengaan in het rijk van God. Al de rest zal erbij gegeven worden. We mogen nu aan tafel gaan met de Heer Jezus. Hij nodigt ons uit en leidt ons binnen in die oneindige ruimte waar Gods liefde regeert. Daar is het veilig. Daar durf ik mezelf uit handen geven en toevertrouwen aan elk nieuw moment. Daar is het goed leven.
Amen.
EJ